“Jij geeft graag complimenten aan vrouwen hè” zegt ze glimlachend, “Ik heb dat in de mot, je bent heel gul naar vrouwen toe, mooi is dat.”

“Bedankt voor het compliment!” reageer ik en ik geef haar een knuffel.

Het is waar, ik ben dol op vrouwen. Warme, grappige, boeiende, intelligente, vrijgevochten, creatieve, mooie, inspirerende vrouwen doen mijn hart sneller slaan.

Begrijp me niet verkeerd, het is niet zo dat ik hen wil zoenen, maar hen complimenteren doe ik met veel plezier.

Ik flap het eruit, het lijkt alsof ik het niet onder controle heb – een beetje zoals het syndroom van Gilles de la Tourette – maar dan alleen maar complimenten.

Zo krijg ik ook de meest cynische en gefrustreerde exemplaren aan het lachen, je kent ze wel, vrouwen die altijd commentaar hebben op andere vrouwen en nooit een compliment over hun koude lippen krijgen. Ik zie hen dan schrikken, een glimlach onderdrukken en het compliment wegwuiven. Zo van ‘ach wat zeg je me nou’. Ik weet dan dat er ergens vanbinnen een stukje ijs smelt.

Dat complimenteren leerde ik van mijn moeder, zij is nog guller dan ik. Zij kan mensen betoveren met de juiste woorden op het juiste moment. Op straat, in de winkel, vanuit de wagen, via telefoon, brieven en kaartjes… Natuurlijk krijgt niet iedereen haar warme aandacht, als ze je niet moet dan weet je het ook.

Wat je geeft krijg je terug.

Kijk naar je vriendinnen bestand – soort zoekt soort – je vriendinnen zijn een spiegel van jezelf. Heb je alleen maar ‘oude’ zeurpieten als vriendin, dan wordt het hoog tijd om te starten met complimenteren. In de eerste plaats jezelf. 

Waar ik naartoe wil: ook vrouwen mogen best wat vrouwvriendelijker zijn! We zijn zo goed in persoonlijke relaties en hebben zo’n groot empatisch vermogen, laten we die mooie eigenschappen vooral gebruiken om elkaar hogerop te helpen, elkaar te inspireren en te steunen.

By the way, heeft er vandaag al iemand gezegd hoe bijzonder je bent?