Piet Teigeler vanuit Spanje.

Piet Teigeler vanuit Spanje.

Piet Teigeler (ex-hoofdredacteur, ex-barman, ex-beatnik, ex-content producer) misdaadschrijver en medemens ventileert vanuit Spanje.

Groot en sterk

Ik herinner mij twee dingen van de vorige keer dat het in België oorlog was. Enerzijds was er het diepe gebrom van overvliegende bommenwerpers en anderzijds de opmerking, waarmee de grote mensen de dingen relativeerden: “als ge maar goed kunt eten!”

Als broekvent was ik er mij niet van bewust dat deze opmerking het begin was van een andere oorlog, die zou voortgaan tot diep in vredestijd, het verbeten gebekvecht over wat dat eigenlijk is “goed eten”. 

In het soort winter dat ijsbloemetjes op de ruiten toverde, kwam ik om kwart voor zeven naar beneden. Alleen mijn opa was dan altijd op. Hij stond zich te scheren in de WC op de eerste verdieping. Zijn bretellen hingen tot aan zijn knieën, hij had een vervaarlijk scheermes, dat hij aanzette op een lederen riem en het poeder, dat hij tot schuim roerde in een nikkelen schaaltje, leverde één element van het geurboeket dat ik tot vandaag kan ruiken.

Achteraf gezien moet er ook een vleugje pas doorgespoeld toilet bij de geursymfonie hebben behoord, maar dat viel mij toen niet op en bovendien maakt een vleugje vies deel uit van ieder geslaagd parfum. De hoofdnoot van de ochtendgeur kwam echter van de pan spek, die in de nabije keuken stond te kissen.

“Daar word je groot en sterk van,” wist Vava. 

Ik geloofde dat zonder meer, maar ik at niet met hem mee, want ik moest naar de vroegmis en daar hoorde je het Lichaam van Ons Heer op je nuchtere maag te ontvangen. 

De afstand van ons huis naar de kerk bedroeg niet meer dan honderd meter, maar ik kwam daar aan met blauwe knietjes want mijn eerste lange broek hing nog jaren verderop in de geschiedenis. In de nepgotische Sint Joriskerk vroor het overigens ook binnen. Mijn vriend Hugo, die in dezelfde collegeklas zat als ik, diende de mis. Hij overdreef graag met de wierook, maar ik had nog een andere reden om misselijk te worden: Jezus plakte soms aan mijn verhemelte. Moeilijk op te lossen, omdat je niet met je vingers aan Hem mocht komen.

Een half uur later lagen mijn zorgen achter mij. In de eetkamer snorde de continukachel, op mijn bordje lag een pistolet met rookvlees en als het een beetje meezat, maakte mama cacao in plaats van koffie.

Later werd het mij duidelijk dat er margarine op het brood zat en dat de middagfrietjes in OZO waren gebakken in plaats van in ossenwit. Mijn moeder was namelijk modern.

Ik ben desondanks groot en sterk geworden, maar de geur van mijn jeugd blijft in mijn dromen hangen.

Piet Teigeler